De ideologie van de PVV ~ Hoofdstuk 10 – Epiloog: De gezelligheid zal verdwijnen

Naïef Nederland
Hoofdstuk 13 van De schijn-élite van de valse munters draagt dezelfde titel als dit tiende hoofdstuk: ‘De gezelligheid zal verdwijnen’. Martin Bosma gaat in dat hoofdstuk in op het in 1990 verschenen werk van Mohamed Rasoel, een pseudoniem, getiteld: De ondergang van Nederland. Land der naïeve dwazen. Het boek zorgde indertijd voor een hele rel, ook al beweert Bosma dat de pers nauwelijks aandacht aan de zaak besteedde en geen partij er Kamervragen over had gesteld (p. 185).
Bosma vat De ondergang van Nederland als volgt samen:
‘Het boek is een bijna kinderlijk verhaal over een moslim (de ik-persoon) die emigreert naar Nederland en daar vaststelt hoe naïef Nederland is over de islamisering. Het land stelt alles in het werk om het de mohammedanen naar de zin te maken. Want anders is het discriminatie, en dat is het ergste wat er is. De islam maakt van onze vrijheid gebruik om zich te nestelen in het Westen. De onderliggende gedachte van het boek is keihard: de islamisering zal ons diep treffen en het einde van Nederland betekenen. Maar we zijn vooral onze eigen grootste vijand’ (p. 183).

Rasoel voorspelt in zijn boekwerk dat de islamisering resulteert in diverse negatieve effecten waaronder de volgende: homoseksuelen zullen niet meer voor hun homoseksualiteit durven uitkomen; naaktheid en andere overtredingen tegen de islam zullen op televisie en in het openbaar verboden worden; er komen nieuwe nationale wetten naar de wensen van moslims;gebruik van alcohol in het openbaar wordt verboden; de onschuldige blik in de ogen van de Nederlander zal verdwijnen en ten slotte: de gezelligheid, het gevoel voor humor, de vrijheidszin van de Nederlanders zullen verdwijnen (p. 184). Het behoeft geen betoog dat Bosma Mohamed Rasoel als een roepende in de woestijn beschouwt al heb ik nu niet direct het gevoel dat Rasoels voorspellingen zijn uitgekomen, 20 jaar na dato.

Trefwoord voor mij in de betogen van Rasoel en Bosma is de gezelligheid. Die zou dus verdwijnen. Over juist die gezelligheid heb ik een aantal jaren geleden een verhaal geschreven in de eerste en vooralsnog ook enige verhalenbundel die van mijn hand verschenen is: Welcome to the club en andere verhalen over cultuur, politiek en religie (Amsterdam, El Hizjra, 2003; met toestemming overgenomen). Ik laat het oordeel over mijn eigen verhaal graag aan de lezer. Wat ik er wel over kan zeggen is dat ik indertijd de gedachte had de werelden om te keren en vast te stellen dat het in wat voor context dan ook maar, altijd ‘minder gezellig’ wordt als één religie of één ideologie een land of volk beheerst. Enfin, oordeelt u zelf. Het verhaal draagt als titel Nieuwe gezelligheid en het sluit dit boek dat de titel ‘De ideologie van de PVV’ draagt, als overdenking af.