Sushi

Ze stappen vrolijk kletsend binnen.
Zodra ze zitten opent de langste haar AH-sushi-bakje en hapt enthousiast in zo’n zwart rolletje.
De kleinere luistert naar het verslag van het concert waar haar blonde vriendin van genoten heeft.

“Heb je al een nieuwe kamer?”, vraagt de lange even later.
“Nee”, antwoordt de kleinere, “maar misschien kan ik volgende maand bij Emily intrekken.”
De blonde schudt haar hoofd. “Daar zou ik niet tegen kunnen”, zegt ze met een zucht en pakt weer zo’n dingetje uit het AH-bakje.
De kleine kijkt opzij naar haar vriendin. Ze lijkt wat onder de indruk van het zelfverzekerde gedrag.
“Volgend jaar wordt Jeroen negentien”, vervolgt Sushi, “en ik achttien. Dan gaan we misschien een huis kopen. Dat moet toch een keer.”
De kleinere kijkt naar de grond. Een paar tellen maar.
“Wat een kutleven lijkt me dat”, zegt ze dan.