Verborgen werelden ~ Samenvatting en conclusies
Jongens die seksueel misbruikt worden en jongensprostitués vormen groepen die grotendeels voor de buitenwacht verborgen blijven. Met dit onderzoek hebben we getracht om de wereld van deze jongens binnen te komen. Centrale onderzoeksvragen waren:
* Wat is het voorkomen van jongens als slachtoffer van seksueel misbruik?
* Wat is bekend over de aard en omstandigheden van seksueel misbruik van jongens?
* Wat is het voorkomen van jongens werkzaam als prostitué en in welke vormen van prostitutie?
* Wat is bekend over de aard en omstandigheden van deze vormen van prostitutie?
* Kan inzicht gekregen worden in de etnische afkomst van deze jongens?
* Zijn de verschillende groepen jongens in beeld bij de hulpverlening?
De focus lag bij minderjarige jongens (jonger dan 18 jaar). Bij seksueel misbruik lag de nadruk op seksueel misbruik buiten de familiesfeer en beperkten we ons tot jongens die vóór hun 18e jaar slachtoffers werden van seksueel misbruik. Bij de jongensprostitués, dat wil zeggen: jongens die tegen vergoeding seks hebben met mannen, lag de maximumleeftijd op 21 jaar, maar moesten zij vóór hun 18e jaar begonnen zijn met seks tegen vergoeding. Het onderzoek concentreerde zich in Amsterdam en Twente. Bij de cijfers over seksueel misbruik van minderjarige jongens is gestreefd naar een landelijke schatting.
14.1 Minderjarige jongens als slachtoffer van seksueel misbruik buiten de familie
Op twee manieren is gezocht naar cijfers over seksueel misbruik van minderjarige jongens: bij hulpverleningsinstellingen en bij de politie. Hulpverleners melden geen zicht te hebben op seksueel misbruik bij hun cliënten en áls er al vermoedens zijn, dan kunnen of durven zij die niet uit te drukken in omvangschattingen. Derhalve zijn er geen ‘harde’ hulpverleningscijfers over seksueel misbruik van minderjarige jongens in Nederland en ook ‘zachte’ cijfers kan de hulpverlening niet leveren.
Politiegegevens bieden soelaas, zij het dat een belangrijke beperking van politiecijfers is dat deze sterk afhankelijk zijn van melding- en aangiftebereidheid. We kunnen op basis van de politiecijfers dus alleen een schatting maken van het aantal geregistreerde gevallen van seksueel misbruik van minderjarige jongens.
Op basis van dossieranalyse in Amsterdam en Twente uit het jaar 2007 en vervolgens een bewerking van registratiegegevens van alle politieregio’s van alle zedenzaken in de periode 2003-2007 waarbij een minderjarige jongen betrokken was, komen we uit op landelijke schatting van jaarlijks 680 geregistreerde zaken van seksueel misbruik van minderjarige jongens buiten de familiesfeer met circa 800 geregistreerde minderjarige slachtoffers. Dit laatste komt neer op 0.04% van de minderjarige jongens in Nederland. Deze schattingen liggen veel lager dan in eerder onderzoek. Die cijfers golden echter voor zowel jongens als meisjes en/of voor zowel misbruik binnen als buiten de familie. Lagere schattingen waren dus te verwachten. Daarbij komt dat onze cijfers uitsluitend betrekking hebben op geregistreerde zaken, terwijl andere schattingen gebaseerd zijn op zelfrapportage. Read more
Verborgen werelden. Hulpaanbod
U vindt hier het hulpaanbod in Nederland voor slachtoffers en plegers van seksueel geweld. U kunt organisaties en praktijken van zelfstandig gevestigden vinden door een zoekterm in het zoekveld te typen – let op! geen delen van woorden gebruiken – of door een van de trefwoorden rechts op de pagina aan te klikken. Ook kunt u zoeken in 1 provincie.
Ga naar: http://www.seksueelgeweld.info/sociale-kaart
Ben je zelf onlangs slachtoffer geworden van seksueel geweld? Ondervind je nog steeds de gevolgen van seksueel misbruik? Of vermoed je misbruik in je directe omgeving? Doe er dan wat mee!
Ga naar: https://www.hulplijnseksueelmisbruik.nl/
Amsterdamse coffeeshops en hun bezoekers – Inhoudsopgave
Het Nederlandse cannabisbeleid is de laatste jaren volop in beweging. Naast een intensivering van de aanpak van de ‘achterdeur’ (hennepkwekerijen, growshops) is er veel gaande rondom de ‘voordeur’: de coffeeshops. De landelijke ontwikkelingen hebben consequenties voor lokaal beleid, niet in het minst voor Amsterdam, waar ongeveer een derde van alle coffeeshops in Nederland is gevestigd.[i] Volgens de meest recente cijfers heeft Amsterdam 222 coffeeshops (2011). Een groot deel hiervan is gevestigd in het centrum, waarvan 76 in het 1012 gebied. De rest is onevenwichtig verspreid over de rest van de stad. Zuidoost heeft geen enkele coffeeshop, net als Westpoort (een stadsdeel met veel bedrijven en weinig bewoners). In andere stadsdelen zijn ze soms geconcentreerd in een relatief klein gebied, of liggen ze juist uit elkaar. Dit rapport gaat over Amsterdam en richt zich uitsluitend op de coffeeshops (en dus niet de achterdeur). Rozenberg Publishers 2011 – ISBN 978 90 3610 236 0
Inhoudsopgave
1. Inleiding
2. Omgeving en buitenkant van coffeeshops
3. Bedrijfsvoering en locatiekeuze
4. Inrichting
5. Openingstijden en aantal bezoekers
6. Overlast
7. Bezoekersprofiel en voorkeuren
8. Motieven voor coffeeshopbezoek
9. Bezoekersstromen
10. De wietpas
11. Samenvatting & Conclusies
Amsterdamse coffeeshops en hun bezoekers ~ Inleiding
1. Inleiding
Het Nederlandse cannabisbeleid is de laatste jaren volop in beweging. Naast een intensivering van de aanpak van de ‘achterdeur’ (hennepkwekerijen, growshops) is er veel gaande rondom de ‘voordeur’: de coffeeshops. De landelijke ontwikkelingen hebben consequenties voor lokaal beleid, niet in het minst voor Amsterdam, waar ongeveer een derde van alle coffeeshops in Nederland is gevestigd.[i] Volgens de meest recente cijfers heeft Amsterdam 222 coffeeshops. Een groot deel hiervan is gevestigd in het centrum, waarvan 76 in het 1012 gebied. De rest is onevenwichtig verspreid over de rest van de stad. Zuidoost heeft geen enkele coffeeshop, net als Westpoort (een stadsdeel met veel bedrijven en weinig bewoners). In andere stadsdelen zijn ze soms geconcentreerd in een relatief klein gebied, of liggen ze juist uit elkaar. Dit rapport gaat over Amsterdam en richt zich uitsluitend op de coffeeshops (en dus niet de achterdeur).
Landelijk kader
In september 2009 stuurde het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport de ‘Hoofdlijnenbrief drugsbeleid’ naar de Tweede Kamer.[ii] Daarin staat dat het coffeeshopbeleid zich de komende jaren richt op drie doelen:
* bevorderen van kleinschaligheid van coffeeshops
* beheersing van het aantal coffeeshops
* bestrijding van de georganiseerde criminaliteit (met een goed evenwicht tussen bestuurs‐ en strafrecht).
Pilot Amsterdam
Aansluitend hierop heeft de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) in april 2010 alle gemeenten met coffeeshops uitgenodigd om een voorstel in te dienen met als doel het verminderen van overlast en het bevorderen van kleinschaligheid en beheersbaarheid van coffeeshops. De gemeente Amsterdam is op deze uitnodiging ingegaan en heeft subsidie ontvangen voor het uitvoeren van een pilot. Binnen Amsterdam is de Bestuursdienst/OOV verantwoordelijk voor de uitvoering van de pilot.
Met de pilot wil de Gemeente Amsterdam het volgende bereiken:
Algemeen ten aanzien van de coffeeshops:
Kleinschaligheid
Transparantie, beheersbaarheid
Spreiding
Minder overlast Read more
Amsterdamse coffeeshops en hun bezoekers ~ Omgeving en buitenkant van coffeeshops
2. Omgeving en buitenkant van coffeeshops
Veruit de dichtste concentratie coffeeshops treffen we aan op en rond de Wallen, in het zogeheten ‘1012‐gebied’. Daar is één op de drie coffeeshops gevestigd. Een deel hiervan (26) zal moeten verdwijnen en die coffeeshops laten we buiten beschouwing. Dit hoofdstuk gaat over de overige Amsterdamse coffeeshops. In principe zouden dat er 196 moeten zijn, maar één hiervan blijkt ten tijde van ons onderzoek (tijdelijk) buiten bedrijf. Resteren dus 195 coffeeshops. Al deze coffeeshops hebben we ter plekke aan de hand van een observatielijst systematisch in kaart gebracht. Soms had de coffeeshop een andere naam dan in het overzicht van de gemeente. Twee coffeeshops zaten in een dusdanig ingrijpende verbouwing dat zij tijdelijk gesloten waren voor klanten. Toch hebben we zoveel mogelijk kenmerken van (de omgeving van) deze twee coffeeshops meegenomen in de observaties. ‘
In dit hoofdstuk geven we eerst een overzicht van enkele kenmerken van de directe omgeving, in het algemeen en waar zinvol bespreken we opvallende verschillen tussen stadsdelen. Vervolgens doen we hetzelfde voor enkele uiterlijke kenmerken van de coffeeshop, dat wil zeggen hoe de coffeeshop er van buitenaf uit ziet. Afsluitend worden de afzonderlijke aspecten samengebracht in een typologie en gaan we na hoe de verschillende typen coffeeshops verdeeld zijn over de stad.
Alleen in het laatste deel is gebruikgemaakt van statistische toetsen. Wanneer in de eerste delen van dit hoofdstuk gesproken wordt van verschillen tussen stadsdelen, zijn deze zo overduidelijk dat statistische toetsing overbodig was.
Omgeving
Van de geobserveerde 195 coffeeshops zijn er 111 gevestigd in stadsdeel Centrum, 4 in Noord, 13 in Oost, 28 in Zuid en 39 in West, waarvan twee in Nieuw‐West. (Vanwege het kleine aantal nemen we de twee coffeeshops in Nieuw‐West mee bij stadsdeel West). Onder omgeving wordt verstaan: dat wat lopend of fietsend, op weg naar of langs een coffeeshop binnen een straal van 200 meter valt waar te nemen.[v] Read more
Amsterdamse coffeeshops en hun bezoekers ~ Bedrijfsvoering en locatiekeuze
3. Bedrijfsvoering en locatiekeuze
Als volgende stap in de inventarisatie zoomen we nu in op de binnenkant van coffeeshops. Om dit te kunnen doen, benaderden we eerst de exploitanten/bedrijfsvoerders voor een gesprek. Indien zij hiertoe bereid waren, werden zij geïnterviewd over het reilen en zeilen van hun shop. Dat lukte bij 66 coffeeshops.
Alle 74 coffeeshops buiten stadsdeel Centrum zijn persoonlijk bezocht, met een maximum van vier keer. Bij het overgrote deel troffen we de eerste keer al de juiste persoon aan, of was de aanwezige medewerker zo vriendelijk om even te bellen met de eigenaar. Een klein deel vroeg om op een andere dag en/of een ander tijdstip langs te komen, zodat de eigenaar of bedrijfsleider aanwezig was. Sommigen moesten het eerst telefonisch vragen en bespreken. Ons tweede (of soms derde) bezoek was in die gevallen vaak succesvol. Uiteindelijk zijn 45 exploitanten/bedrijfsvoerders buiten Centrum geïnterviewd, bij 26 kregen we geen medewerking en bij nog eens drie coffeeshops hadden we na vier bezoeken nog steeds geen uitsluitsel. Een selectie van coffeeshops in Centrum leverde 21 interviews op, waardoor het totaal op 66 komt. Het interview bestond deels uit open en deels uit gesloten vragen.
In dit hoofdstuk bespreken we enkele aspecten van de bedrijfsvoering, de waardering van de exploitanten/bedrijfsvoerders van de locatie van hun coffeeshop en hun oordeel over andere locaties. Ook vroegen we wat zij zouden doen als hun coffeeshop zou moeten sluiten omdat die te dicht in de buurt van een school ligt.
Daarnaast kwamen in de interviews met exploitanten/bedrijfsvoerders thema’s aan bod die we in volgende hoofdstukken zullen bespreken, namelijk: openingstijden en aantallen bezoekers (hoofdstuk 5), overlast (hoofdstuk 6) en de ‘wietpas’ (hoofdstuk 10).
Bedrijfsvoering en personeel
Driekwart van de geïnterviewden (74%) zegt dat hun coffeeshop een eenmanszaak is, bij de rest is het een B.V. (14%) of V.O.F. (12%). (Deze verdeling wijkt af van de bedrijfsvoerings-cijfers voor de hele stad. Volgens deze cijfers van de gemeente Amsterdam is iets meer dan de helft van alle Amsterdamse coffeeshops een eenmanszaak.[ix] In onze inventarisatie zijn eenmanszaken dus oververtegenwoordigd. De meest plausibele verklaring hiervoor is dat we relatief veel exploitanten van coffeeshops buiten Centrum hebben geïnterviewd. Deze shops zijn vaker eenmanszaken.) Personeel is vaak in vaste dienst (78%) of de coffeeshop heeft een mix van losse krachten en personeel in vaste dienst (15%). Slechts 5 van de 66 coffeeshops werken uitsluitend met losse krachten. Aparte cannabisverkopers zijn ongebruikelijk. In ruim negen van de tien coffeeshops is degene die de cannabis weegt en verkoopt, ook degene die de koffie schenkt. Read more