Kernpunten van de derde, herziene druk van Generaties van Geluksvogels en Pechvogels


Generaties en hun kansen en bedreigingen

Inhoud
1. Twee abstractieniveaus omtrent het patroon van generaties.
2. Generatie Z, of de ICT-Generatie.
3. De Robotgeneratie.
4. Generatiepatroon en maatschappelijk debat

5. Tenslotte
– Dit bonushoofdstuk voorziet het boek van de derde, herziene editie
Twee abstractieniveaus omtrent het patroon van generaties.
Het woord ‘generatie’ komen wij vrijwel dagelijks tegen. Het heeft betrekking op ‘categorieën van leeftijdsgenoten’. Generaties van vroeger, generaties van tegenwoordig, generaties in de toekomst. Soms gaat het om generaties in de samenleving als geheel, soms om onderdelen van de samenleving. Generaties in een politieke partij, generaties in een stad, generaties in een familie.
In deze gevallen gaat het om een of meer generaties op een hoog abstractieniveau. Daarnaast komen wij de term tegen op een laag abstractieniveau. Denk aan generaties in statistische overzichten van sets van cohorten in het onderwijs, op de arbeidsmarkt, in het onderwijs.

Meestal vertonen generaties die op een laag abstractieniveau worden aangetroffen heel wat onvoorspelbaarheden. Zij vertonen een sterke mate van ‘systeemruis’. De Chaostheorie bepleit om in een dergelijk geval gebruik te maken van idealisaties. Welke aanpak vindt dan toepassing? ‘Een deel van de werkelijkheid wordt geïsoleerd, irrelevante aspecten worden terzijde gelaten, invloeden van buitenaf worden verwaarloosd. Zonder dergelijke idealisaties zijn de natuurwetenschappen onmogelijk’.[i] Ook de maatschappijwetenschappen zijn zonder dergelijke idealisaties onmogelijk.

Idealisaties liggen op een hoog niveau van abstractie. Overzichten van sets van cohorten liggen op een laag niveau van abstractie. Komen generaties op een laag niveau van abstractie ter sprake, dan kunnen nuanceringen in de omschrijving worden aangebracht. De grens tussen twee generaties kan in dit geval verschillen. Een generatie kan voorlopers vertonen. Kortom de beschrijving kan tal van nuances vertonen.

In Generaties van Pechvogels en Geluksvogels is deze tweedeling reeds aan te treffen. Zo staat in het boek ‘typologiegeneratie’ voor ‘generatie op een hoog abstractieniveau’.

[i] Henk Broer, Jan van de Craats en Ferdinant Verhulst. Chaostheorie, het einde van de voorspelbaarheid? Utrecht 1995. Read more

Bookmark and Share

Bob van Huet ~ De man achter de generatietheorie


Driekwart van de Nederlanders rekent zichzelf tot een generatie. We kennen ze allemaal. De Stille Generatie zorgde voor de wederopbouw van Nederland na de Tweede Wereldoorlog. De Protest Generatie ontdeed het land van zijn grauwsluier. Voor al die leuke Babyboomers-experimentjes betaalde de Verloren Generatie de prijs. En dan komen er computers en komt de Grenzeloze Generatie in vol beeld.

Wie heeft dat eigenlijk bedacht, al die rake typeringen van onze generaties? Daar staat hij, Henk Becker (1933), de grondlegger van het vaderlandse generatieonderzoek. Een kwart eeuw geleden publiceerde deze wereldwijd bekende socioloog zijn standaardwerk ‘Generaties en hun Kansen’. De manier waarop hij de Nederlanders indeelde en typeringen meegaf als Verloren Generatie (geboren tussen circa 1970 en 1985) of Grenzeloze Generatie (geboren tussen 1985 en 1995) geldt nog altijd als basis van het onderzoek naar toekomstige trends.

Lees verder: http://www.ad.nl/de-man-achter-de-generatietheorie/

Bookmark and Share

Generaties van Geluksvogels en Pechvogels als Living document ~ Inhoudsopgave


Dit katern hoort bij het boek Generaties van Geluksvogels en Pechvogels ~ Analyses en Strategieën in een living document.
This section accompanies the publication Generations of Lucky Devils and Unlucky Dogs – Strategies for assertive growing up and active ageing up to 2030.

Generaties van Geluksvogels en Pechvogels als Living document

Uit het boek: 
Inleiding bij Generaties van geluksvogels en pechvogels

Extra hoofdstukken en informatie bij het boek:
a. Bonushoofdstuk 2017-1 ~ Een nieuwe blik op de Generatie Z en op volgende generaties
b. Bonushoofdstuk 2017-2 ~ Beelden van het generatiepatroon
c. Minigids voor het omgaan met generaties bij de viering van twee eeuwen koninkrijk en de decennia daarna

Maatschappijleer is er om de leerlingen te laten functioneren in de samenleving. Een interview met Henk A. Becker

Over Generaties ~ On Generations

Webpamflet 1 – De recente geschiedenis der concrete utopieën
Webpamflet 2 – Werken met het patroon van generaties
Webpamflet 3 – Op weg naar concrete utopieën: het Gouden Eeuw Spel
Webpamflet 4 – Spelregels rond het Generatiemodel

De levensloop van een workaholic ~ Biografie Henk A. Becker

Bonus hoofdstuk bij Generatie boek: Generatiewandelingen in Doorn en andere onderwijs- en beleidsprojecten
Generatiewandelingen in Doorn en andere onderwijs- en beleidsprojecten

Short Alert Concerning The Discussion About Generations

Bonus Chapters 2016 ~ Supplementing ‘Generations Of Lucky Devils And Unlucky Dogs’
Bonus chapter 2016 – 1 ~ Short Alert Concerning The Discussion About Generations
Bonus chapter 2016 – 2 ~ The ICT-Generation, Also Virtual Generation
Bonus chapter 2016 – 3 ~ Generations and the future of distance workers
Bonus chapter 2016 – 4 ~ Life-History Of A Workaholic ~ Autobiography Of Henk A. Becker

Generational walks in Doorn and other educational projects

Bookmark and Share

Henk A. Becker ~ Inleiding bij Generaties van geluksvogels en pechvogels


Het woord ‘generatie’ komen wij vrijwel dagelijks tegen. In de kranten, op de televisie, in boeken en films. In de meeste gevallen begrijpen wij meteen, dat het om ‘tijdgenoten’ gaat. Soms echter is niet meteen duidelijk waar het woord ‘generatie’ voor staat. In dat geval hebben wij met een ‘wezelwoord’ te maken. Dan lijkt het alsof een wezel in het geniep de betekenis uit het woord heeft weggezogen. Het boek biedt handvatten om dan toch de ontglipte betekenis te kunnen achterhalen.
Zodra het verschijnsel is herkend, komen tal van maatschappelijke knelpunten in gedachten. Denk aan de vraag, welke gevolgen de komende sterke krimp van de
bevolking zal hebben en wie de kosten hiervan zal moeten betalen. Immers in 2010 bereikt in Nederland en vele andere Europese landen het eerste cohort van de babyboom de leeftijd van 65 jaar. In al deze landen gaan achtereenvolgens twintig of meer cohorten van babyboomers het arbeidsbestel verlaten.
Voor sociologen en andere maatschappijwetenschappers gaat het om een omvangrijk onderzoeksgebied. Er is een patroon van generaties ontstaan. Sociologen gaan na, met welke bedreigingen de leden geconfronteerd worden en welke kansen zij hebben. Ook wordt onderzocht welke ‘stille reserves’ in de samenleving kunnen worden aangeboord om het lot van pechvogels te verbeteren en geluksvogels de mogelijkheid te bieden hun gunstige positie te behouden of verder te verbeteren.
Een goed voorbeeld van een geluksvogel is iemand, die op het juiste ogenblik en in de juiste leeftijd op de juiste plek zit. Veranderingen in de samenleving dwingen telkens weer tot nieuw onderzoek. Redenen genoeg om het onderwerp ‘generaties’ in een overzichtspublicatie aan de orde te stellen. De hoofdpunten uit dit boek zijn reeds in wetenschappelijke tijdschriften gepubliceerd.

Hoofdlijnen
Om te beginnen gaat het om een korte karakterisering van het verschijnsel generatie.
Daarna komt het patroon van generaties aan bod, dat in Nederland en de meeste andere lidstaten van de Europese Unie is ontstaan. Vervolgens wordt
geanalyseerd hoe het staat met de solidariteit tussen de generaties. Deze informatie wordt geconfronteerd met ‘Europe 2020’, de opvolger van de Lissabon
Strategie. De nieuwe strategie is door de Europese Commissie gelanceerd om de houdbaarheid (in ‘Europese’ termen de sustainability) van de Europese
Unie tussen 2010 en 2020 te garanderen. Om de gestelde doelen te bereiken acht de Europese Commissie enkele grootscheepse ontwikkelingsprogramma’s noodzakelijk.
In dit kader is besloten om 2012 uit te roepen tot ‘The European Year of Active Ageing and Intergenerational Solidarity’. In het boek wordt bezien op welke punten ‘Europe 2020’ valt te ondersteunen vanuit het patroon van generaties met zijn vele stille reserves. Deze stille reserves schuilen vooral in de patronen van specifieke generaties en van deze specifieke generaties worden in het boek enkele nader geanalyseerd. Actief ouder worden en het beleid in de nota ‘Europe 2020’ spelen op lange termijn, met het jaar 2030 als een omslagpunt in verband met het begin van de uittreding van de babybust cohorten uit het arbeidsbestel.
Omdat generaties veelvuldig in het secundair en hoger onderwijs aan de orde komen, met name doordat studenten er werkstukken over maken, worden in het
methodisch deel voorbeelden van generationele analyses en ‘serious gaming’ gepresenteerd.
Het Europese Jaar van Actief Ouder Worden roept tal van vragen op, vooral over de te organiseren activiteiten. Op deze en soortgelijke vragen wordt in een bonushoofdstuk met ‘Vaak Gestelde Vragen’ ingegaan. Dit systeem van frequently asked questions zal periodiek worden bijgewerkt, vooral om recente ontwikkelingen te behandelen.
Het boek vertoont een indeling, die veel gelijkenis vertoont met de opzet van het eraan ten grondslag liggende meerjarige onderzoeksprogramma. Het gaat om een samenspel van kwalitatieve verkenningen, kwantitatieve onderzoeksprojecten en kwalitatieve interpretaties.

Voor wie bestemd?
Het boek richt zich in de eerste plaats tot een algemeen lezerspubliek. De levensloop van elk der betrokkenen is in het geding. Ten tweede richt het boek zich tot beroepsbeoefenaren, die in hun werk met generatieverschillen te maken hebben. Denk aan leraren, die telkens nieuwe generaties onderwijs moeten geven. In de derde plaats zijn beleidmakers te noemen, die vanuit hun organisatie op generaties moeten inspelen. Ten vierde gaat het om wetenschappers. Zij komen generaties in hun eigen discipline tegen, onder andere bij de instroom van jonge vakgenoten.
Ook zijn er heel wat wetenschappers, die resultaten van generatieonderzoek in hun eigen onderzoek willen verwerken. Denk aan generatieverschillen tussen
patiënten. Tenslotte is het boek bestemd voor al degenen die zich op de hoogte willen stellen van de ‘state of the art’ in de generatiesociologie alsmede de empirische sociologie meer in het algemeen.

Over het boek
Het boek is zo geschreven, dat de hoofdstukken ook afzonderlijk te lezen zijn. In verband met het afzonderlijk kunnen lezen van hoofdstukken komen hier en daar herhalingen voor.
Het hoofdstuk over Generaties en Meertaligheid en het eraan ten grondslag liggende onderzoek vormen een gezamenlijke activiteit van mij en Zoltán Lippényi. Mijn jonge collega is precies vijftig jaar jonger dan ik en daarom gaat het hier om een duidelijk voorbeeld van intergenerationele samenwerking.

In bonushoofdstuk 15 zijn enkele handvatten voor het lezen van het boek opgenomen.
Ook bevat dit hoofdstuk onder meer aanwijzingen voor het toepassen van ‘serious gaming’.
Bij het schrijven en voor publicatie gereedmaken van dit boek heb ik van vele kanten steun ontvangen. Gaarne dank ik Lies van Rijssen en Zoltán Lippényi voor hun commentaren en hun assistentie bij het samenstellen van dit boek. Ook dank ik Rob Ackerstaff, Johanna Becker, Gijs Dekkers, Jan van Hooff, Kees de Jager, Jan Stolp, Ferdinand Verhulst, Sander Vlot, Thymo Vlot en René Vos, die elk op hun eigen wijze al meedenkend een belangrijke inbreng hebben geleverd.
Met dank wordt melding gemaakt van de financiële steun van de stichting ‘Doorns Belang’ voor de vertaling van het boek in het Engels

Bookmark and Share

Bonushoofdstuk 2017-1 ~ Een nieuwe blik op de Generatie Z en op volgende generaties


Inleiding
Het boek over generaties gaat over een thema in de samenleving dat telkens weer nieuwe ontwikkelingen vertoont. Ook nu weer vereist een stel vernieuwingen de aandacht. Daarom brengt dit bonushoofdstuk onder de aandacht:
– Afstandswerken in een nieuwe vorm,
– Generatie Z in een nieuwe vorm,
– Volgende generaties en de methoden om de groei van het generatiepatroon te bestuderen,
– Slotbeschouwing en conclusies.

Nu al maken nieuwe ontwikkelingen het de moeite waard om het boek met nieuwe informatie aan te vullen. Een mooie rol voor het bonushoofdstuk.

Afstandswerken in een nieuwe vorm
Wie het toekomstige afstandswerken wil verkennen, moet met een aantal algemene eigenschappen rekening houden. Om te beginnen verdient de aandacht, dat afstandswerken in de regel overdag plaatsvindt. Dit gebeurt vooral omdat afwisselend overdag en des nachts werken als extreem vermoeiend pleegt te worden ervaren.

In de tweede plaats is van belang in de gaten te houden, dat afstandswerken in ons land en erbuiten nog steeds in een beginstadium verkeert. Het stel methoden dat ervoor nodig is verkeert nog pas in een beginstadium. Behalve verbetering van de methoden zijn maatregelen tegen hakken noodzakelijk. Ook moeten afstandswerkers voldoende contacten met collega’s en andere personen kunnen onderhouden om vereenzaming te vorkomen.

Ten derde mogen wij niet vergeten dat het doen van uitspraken over de toekomst van afstandswerken te lijden heeft onder de algemene opvatting dat het doen van voorspellingen over onderdelen van de samenleving niet goed mogelijk is. Deze opvatting is aanvechtbaar, omdat voorspellingen in heel wat situaties weldegelijk betrouwbaar en precies vallen te doen. Zoals ten aanzien van de toekomst van het afstandswerken.

Het eerste terrein dat in het boek is besproken bestaat uit onderwijs en coaching. Denk bijvoorbeeld aan het werk van de Open University. Studenten krijgen colleges via digitale communicatiekanalen. Docenten gaan vervolgens met de studenten in discussie eveneens met behulp van telecommunicatie. Afstandsonderwijs en afstands-coaching krijgen inmiddels een steeds grotere rol doordat afstandswerken steeds omvangrijker en belangrijker wordt. De aantallen afstandswerkers gaan sterk groeien. Het gaat steeds vaker om individuen die onderwijs, training en coaching nodig hebben.

Afstandswerkers zijn in toenemende mate relatief jonge werkers. Daarbij gaat het veelal om economische vluchtelingen uit veilige gebieden, die naar een goed inkomen streven. Om een verblijfsvergunning in een welvarend land te kunnen veroveren, doen zij zich vaak voor als politieke vluchtelingen. Het aantal van dergelijke afstandswerkers zal in de komende jaren enorm toenemen zodra de wereldwijde arbeidsmarkt beter van ondersteunende organisaties is voorzien. Bovendien zullen welvarende landen in toenemende mate hun grenzen voor economische vluchtelingen sluiten. Ook zullen deze landen economische vluchtelingen vaker gaan terugsturen naar hun thuisland, zeker indien is aangetoond dat het om veilige gebieden gaat.

Nieuwe en omvangrijkere vormen van afstandswerken zullen verder optreden in commerciële sectoren in de samenleving. Denk bijvoorbeeld nu al aan het programmeren door jonge afstandswerkers vanuit landen zoals Bulgarije in opdracht van ondernemingen in landen zoals Nederland. Beginvormen van dergelijke beroepsbezigheden zijn al in het boek behandeld. Nieuw is de te verwachten sterke groei als gevolg van het groeiende uitzettingsbeleid in Westerse landen. Hierbij gaat het om probleemvormen die nieuw beleid noodzakelijk maken. Bijvoorbeeld het meer inspelen op de wereldwijze arbeidsmarkt.

Vooral binnen de betrokken landen zullen nieuwe vormen van afstandswerken opkomen in de sfeer van gezondheidszorg en sociale dienstverlening. De aantalen hulpbehoevende senioren stijgen steeds sterker als gevolg van de vergrijzing. Hogere kosten van gezondheidszorg en thuiszorg dwingen eveneens tot het zoeken naar oplossingen.

Tenslotte verdient video surveillance de aandacht. Camera’s registreren alle bewegingen binnen het bewaakte terrein. Er zijn echter menselijke actoren noodzakelijk om de geregistreerde beelden te interpreteren en indien nodig maatregelen te nemen.

Generatie Z in een nieuwe vorm.
Niet alleen in het afstandswerken maar ook binnen Generatie Z zullen nieuwe ontwikkelingen plaatsvinden. Wat dit aangaat vereist vooral de toenemende werkdruk de aandacht. Ten eerste omdat leden van oudere generaties steeds meer een beroep op leden van Generatie zullen gaan doen. Digitaal aangestuurde apparaten worden immers steeds gecompliceerder als gevolg van de groeiende complexiteit van de betrokken software. Ten tweede omdat de leden van Generatie Z ook zelf steeds zwaarder belast zullen worden. Dit houdt verband met de groeiende complexiteit van de samenleving in het algemeen.

Verder is te verwachten dat ook de leden van Generatie Z zelf doorlopend nieuwe kennis en vaardigheden zullen moeten verwerven. Immers de informatica zal ook in de komende jaren stormachtig groeien. Gelukkig staat voor dergelijke bijscholing het afstandsonderwijs ter beschikking. Ook zullen de leden van Generatie Z moeten inspelen op nieuwe en gecompliceerdere apparatuur.

Nauw hierbij betrokken is de internationalisering van de mondiale en dus ook de Nederlandse samenleving. Hier ligt een nauwe samenhang met de groei van het afstandswerken. Afstandswerkers binnen Generatie Z zullen steeds vaker langs digitale weg opleidingen in andere landen in het Westen en in andere werelddelen gaan verzorgen. De hiervoor noodzakelijke kennis van het Engels is reeds aanwezig of is sterk aan het toenemen.

Volgende generaties en de methoden om deze groei van het generatiepatroon te bestuderen.
Dan vragen nu de generaties ná Generatie Z onze aandacht. Meestal duren generaties ongeveer twintig jaar en dus loopt Generatie Z thans ten einde. Er is nog geen duidelijkheid over eventuele ingrijpende structurele doorbraken in de samenleving die een nieuwe generatie kunnen inluiden. Wellicht blijven de onderdelen van Generatie Z nog een tijdlang beeldbepalend bestaan. Om een dergelijke ontwikkeling bespreekbaar te maken heb ik besloten om de nieuwe generatie aan te duiden als Generatie D, of Generatie Digitaal-Plus. Het gebruiken van deze naam maakt het mogelijk om hierna nieuwe generaties te voorzien met letters volgend op letter D in het alfabet. Aan een dergelijke letter verbonden kunnen nieuwe namen van generaties in gebruik genomen worden.

Wat valt nu reeds over Generatie D en haar opvolgers te zeggen? Om dit te verkennen komen nu een aantal hypothesen aan de orde.

Hypothese 1: In de komende cohorten zullen de leden in de formatieve periode in hun levensloop in elk geval te maken krijgen met nieuwe innovaties op het gebied van de informatica. De betrokken innovaties zullen voor een belangrijk deel in het verlengde van de voorafgaande innovaties liggen.

Hypothese 2: De naamgeving aan komende generaties zal wederom spontaan verlopen. Generaties zullen meerdere namen krijgen die algemeen inburgeren.

De eerste hypothese heeft betrekking op ontwikkelingen die betrekkelijk betrouwbaar en precies vallen te voorspellen. De waarschijnlijkheid van de te verwachten ontwikkelingen valt te onderbouwen door te wijzen op hetgeen tussen 1985 en 2017 is gebeurd met betrekking tot de informatica. Het betreft toenemende complexiteit en betrouwbaarheid. Verder toenemende toepasbaarheid in de praktijk in de samenleving. Ook toenemend inspelen op deze ontwikkelingen door vele leden van Generatie Z omdat dit inspelen sterk in het voordeel van deze leden werkt.

De tweede hypothese verwijst naar de gevolgen van het vrijwel geheel ongeorganiseerd plaatsvinden van structurering en benoeming van de betrokken processen. Er is thans geen reden om aan te nemen dat in deze gang van zaken verandering zal optreden.

Dan nu een specificatie van de methoden om de groei van het generatiepatroon te bestuderen. Deze methoden zijn in het bek uitvoerig besproken en dus is hier met een korte typering. Het gaat om een onderzoeksterrein dat het verzamelen van drie soorten informatie nodig maakt.

In de eerste plaats is informatie nodig die is gebaseerd op conventioneel empirisch maatschappijwetenschappelijk onderzoek. Het verzamelen van hypothesen en het toetsen van deze hypothesen in op het experimenteel model gebaseerde onderzoekshandelingen. Een voorbeeld vormt het bestuderen van aspecten van de cohorten die samen de babyboom vormen. Een tweede voorbeeld vormt ‘generational accounting’. Als derde voorbeeld kunnen de hoofdstukken in het boek dienen die op empirisch onderzoek zijn gebaseerd.

In de tweede plaats is informatie noodzakelijk die is gebaseerd op het rekening houden met de relatief omvangrijke aanwezigheid van ‘systeemruis’ in het onderzoeksterrein. Het gaat om dynamische systemen. Dergelijke dynamische systemen vereisen idealisaties. Wat houdt dit in? ‘Een deel van de werkelijkheid word geïsoleerd, irrelevante aspecten worden terzijde gelaten, invloeden van buitenaf worden verwaarloosd. Zonder zulke idealisaties zijn de natuurwetenschappen onmogelijk’. (H. Broer, Jan van de Craats en Ferdinand Verhulst, Chaostheorie. Utrecht 1995, blz. 141). Als voorbeeld kan naar deel een uit het boek worden verweven.

In de derde plaats is informatie van belang die tot het spraakgebruik van alledag behoort. Wie een voorbeeld zoekt kan het interview met mij over ‘generaties’ in De Telegraaf opzoeken dat op 4 maart 2017 wordt gepubliceerd.

Hypothesen komen meestal om te beginnen in de derde categorie naar voren en ondergaan vervolgens herformulering ten bate van toepassing in de tweede en/of de eerste categorie. De driehoek van deze drie categorieën is gebruikelijk ten aanzien van alle onderzoeksproblemen die veel systeemruis vertonen. In het boek over de chaostheorie lezen wij dat zelfs in de natuurwetenschappen het toepassen de dergelijke categorieën noodzakelijk is. De generatiesociologie zou onmogelijk zijn zonder de toepassing van de genoemde drie categorieën.

Slotbeschouwing en conclusies
Bonushoofdstuk 2017-1 illustreert dat het patroon van generaties telkens nieuwe trekken gaat vertonen. Het boek over het generatiepatroon moet dan ook regelmatig met nieuwe informatie aangevuld worden. Dit bonushoofdstuk vormt een onderdeel van deze doorlopende stroom van informatie.

Dit bonushoofdstuk maakt verder duidelijk dat in het boek twee onderzoeksterreinen met elkaar verbonden zijn. Enerzijds het afstandswerken. Anderzijds Generatie Z en haar opvolgers. Deze twee onderzoeksterreinen beïnvloeden elkaar doorlopend. Wie in onze tijd vat wil krijgen op het patroon van generaties zal aan deze twee onderzoeksterreinen aandacht moeten besteden. Populair uitgedrukt betekent dit: Er is grote kans dat de laatste economische vluchteling lid is van Generatie D en besluit om alsnog in zijn thuisland te blijven en van daaruit met behulp van afstandswerken in zijn levensonderhoud te voorzien.

Het bonushoofdstuk wijst er vervolgens op dat het generatiepatroon veel systeemruis vertoont en dat deze eigenschap het noodzakelijk maakt om een passend onderzoeksmodel toe te passen. De driehoek van ten eerste nauwkeurig en precies toetsend onderzoek telkens wanneer dit toepasbaar is. Ten tweede idealisaties om de kernelementen duidelijk te maken. Ten derde toepassing van het algemeen spraakgebruik om het omgaan met de betrokken verschijnselen in het leven van alledag gestalte te geven.

Tenslotte toont dit bonushoofdstuk aan dat het verdere leven van Generatie Z, plus de vermoedelijke levens van de hierop volgende generaties, heel wat trekken vertonen die in flinke mate voorspelbaar zijn.

Bookmark and Share

Bonushoofdstuk 2017-2 ~ Beelden van het generatiepatroon


Dit Bonushoofdstuk bevat een artikel dat is verschenen in het VRIJ Magazine van De Telegraaf op 4 Maart 2017.

Bonushoofdstuk 2017-2 vormt een sterke ondersteuning van de maatschappijbrede discussie over het patroon van generaties die al gaande is. Deze discussie zal in de komende tijd verder toenemen.

* In het onderwijs zullen onderwijzers, docenten en hoogleraren het generatiepatroon inschakelen om leerlingen, studenten en academici te ondersteunen bij het opstellen van werkstukken, essays en proefschriften over de dynamiek en de invloed van het systeem van cohorten.

* Het bedrijfsleven heeft dergelijke analyses nodig om zijn afnemers in kaart te brengen en om strategieën te ontwikkelen ter onderbouwing van zijn beleid.

* De gezondheidszorg gebruikt leden van de jongere generaties om leden van de oudere generaties te helpen bij het actief blijven deelnemen aan het maatschappelijk gebeuren. Elke generatie heeft immers haar eigen patroon van normen, waarden en gedragingen.

* De politiek vereist het rekening houden met de eigenaardigheden van de kiezers en hun sociale netwerken.
Partijpolitiek is in sterke mate generatiegerichte politiek. In het Parlement moet rekening worden gehouden met de generationele kansen en bedreigingen in de samenleving.

* Dit Bonushoofdstuk moet helaas heel wat belangwekkende onderwerpen verwaarlozen. Reden hierdoor is te beperkte ruimte die het artikel in De Telegraaf heeft geboden. Die beperking betreft in het bijzonder de tekst over Generatie Z. Denk aan de betekenis van de jonge leden van deze generatie op basis van hun bekwaamheid op het terrein van de ICT.

* Informatie over deze aspecten van Generatie Z, maar ook over het generatiepatroon in zijn geheel is te vinden in het boek van Henk A. Becker, Generaties van Geluksvogels en Pechvogels, Analyses en Strategieën in een living document.

Zie artikel De Telegraaf, 4 maart 2017: https://www.pressreader.com/20170304/

 

Bookmark and Share
image_pdfimage_print

  • About

    Rozenberg Quarterly aims to be a platform for academics, scientists, journalists, authors and artists, in order to offer background information and scholarly reflections that contribute to mutual understanding and dialogue in a seemingly divided world. By offering this platform, the Quarterly wants to be part of the public debate because we believe mutual understanding and the acceptance of diversity are vital conditions for universal progress. Read more...
  • Support

    Rozenberg Quarterly does not receive subsidies or grants of any kind, which is why your financial support in maintaining, expanding and keeping the site running is always welcome. You may donate any amount you wish and all donations go toward maintaining and expanding this website.

    10 euro donation:

    20 euro donation:

    Or donate any amount you like:

    Or:
    ABN AMRO Bank
    Rozenberg Publishers
    IBAN NL65 ABNA 0566 4783 23
    BIC ABNANL2A
    reference: Rozenberg Quarterly

    If you have any questions or would like more information, please see our About page or contact us: info@rozenbergquarterly.com
  • Like us on Facebook

  • Archives